Oefenopdracht
Deel 3: oefenopdracht
Om een beetje te oefenen met fotografie en de technieken van fotografie toe te passen, was deze opdracht. Bij fotografie kun je de foto interessanter of leuker maken door te letten op kadering (beeldkader), compositie (lijn/vorm), belichting (sfeer/tegenlicht/strijklicht), contrast (licht/donker/schaduw), scherpte – diepte (hele beeld scherp/ deel scherp, deel wazig) en kleur (sfeer/textuur/accent). Ik heb geprobeerd te denken aan deze technieken en hier is her resultaat!:
Voor de eerste opdracht ben ik naar een natuurgebied gegaan genaamd het Twiske. Daar ben ik gewoon op een punt begonnen en toen na ongeveer 20 meter gestopt. Ik moest een serie foto’s maken waarbij je schaduw en lichtval in een zo interessant mogelijke beeldcompositie zette. ik vond schaduw best makkelijk om te fotograferen, want bijna overal zie je wel een schaduw. Ik vindt de foto’s best goed gelukt en ben heel blij met het eindresultaat.





Vervolgens moest ik nog ca. 30 meter verder lopen. Nu was de opdracht om 5 foto’s te maken waarin je lijnenspel als uitgangspunt nam. Eerst moest ik goed kijken, maar na een tijdje kwam ik erachter dat bijna overal lijnen in zitten. De foto’s met lijnenspel vind ik denk ik de mooiste en bijzonderste foto’s van deze hele opdracht. Om de lijnen goed in beeld te krijgen heb ik voor de meeste foto's gekozen om de voorwerpen van heel dichtbij te fotograferen. Vooral de foto met het blaadje vind ik erg mooi. Je ziet heel duidelijk de nerven (lijnen) in het blaadje.





Daarna liep ik nog 10 meter verder. Vanuit deze plek moest ik een serie foto’s maken waarin je dynamiek (beweging) weergaf. Dynamiek vond ik best wel moeilijk om te maken. Het is best moeilijk om een foto te maken waarin je ook echt beweging op het beeld ziet, want vaak was het gras of een fietser wel in beweging, maar als ik er een foto van maakte, was de foto gewoon alsof de fietser en het gras stilstond. Ik had ook geen professionele camera, maar mijn telefoon. Ik ben uiteindelijk wel tevreden met het eindresultaat. Ik heb een paar foto’s waar de dynamiek heel moeilijk te zien is, maar er is één foto’s waarin je echt dynamiek ziet. Dat is de witte paardenbloem waarbij de pluisjes de lucht in vliegen. Ik ben heel blij dat er in ieder geval één goed is gelukt.





En als laatst moest ik nog 20 meter lopen en 5 foto’s maken die Nederland vanuit het blikveld van de Japanner weergaf. Eerst vond ik het best lastig om te bedenken, maar ik dacht: “Wat zal een Japanner fotograferen als hij hier is?” en ben zo aan best wat foto’s gekomen.





2. Voor opdracht twee moest je een onderwerp kiezen en daarmee zoveel mogelijk verschillende soorten, originele foto’s maken. Ik heb gekozen voor het onderwerp ‘summer feelings’. Ik heb geprobeerd zoveel mogelijk originele foto’s te maken van beelden die echt een zomer gevoel oproepen. Hier heb ik natuurlijk ook gelet op de fototechnieken. Zo heb ik bij een paar foto's juist erg ingezoomd en bij andere juist zoveel mogelijk van de omgeving op de foto gezet. Ook heb ik erg gelet op licht en kleur. De foto met de Rododendron is bijvoorbeeld heel fel roze en hiermee best opvallend terwijl de foto met de fiets juist wat donkerder gekleurd is, maar och je aandacht pakt door de zon die fel door de bomen schijnt.




